Plaats: Nieuw-Zeeland   

Afstand: vanaf Losser ca. 18.000 km (hemelsbreed)

Periode: november 2004

Auteur:   Ronald Kamphuis

Noorder Eiland

In november 2004 heb ik met mijn vriendin een rondreis gemaakt door Nieuw -Zeeland met een camper. Ik heb zowel het Noorder als het Zuidereiland bezocht. Na een lange vlucht via Los Angeles en de Cook Islands,waar we drie dagen verbleven hebben kwamen we eindelijk aan in Auckland.

In Auckland stond de camper klaar bij Britz die ik via het internet geregeld had. Hier rechtstreeks een camper of auto huren is namelijk veel goedkoper dan via een reisbureau. In Nieuw-Zeeland rijden ze net als in Engeland links en dat is dus even wennen in het begin. De planning was eerst het Noorder eiland te doen en dan het Zuider eiland. Vanuit Auckland rijden we naar het noorden, richting de Bay of Islands en dan weer via de westkust terug richting Rotorua, Lake Taupo, Napier en naar Wellington om daar de ferry te nemen naar het Zuider eiland. Wat je gelijk opvalt als je daar rondrijdt is het zeer afwisselende landschap dat aan je voorbij trekt. Glooiende heuvels begroeid met varens en andere vegetatie die je bij ons niet of nauwelijks tegenkomt.

Ik zal in dit reisverslag me verder beperken tot de vogels die ik gezien heb en een beetje de omgeving waarin ik ze gezien heb. Doordat Nieuw-Zeeland altijd lange tijd een geïsoleerd gebied is geweest,komen er planten en dieren voor die je nergens anders op de wereld tegen komt. Dit geldt ook voor de vogelsoorten,waaronder de Kiwi, Kea, Weka, Kakapo en de Takahe. Doordat er geen roofdieren (behalve katten) op Nieuw-Zeeland voorkomen zijn er veel loopvogels geëvolueerd. De enorme Moa die meer dan 2m groot was, ontwikkelde zich tot de grootste vogels die ooit hebben geleefd. De Moa’s stierven enkele honderden jaren geleden uit door de jacht van de Maori’s op deze vogels.

Een Roodsnavelmeeuw en een Zwarte Scholekster bij de Bay of Islands   foto: Ronald Kamphuis

Op de camping maak ik voor het eerst kennis met de Tui, een vogel met een prachtige zang. Verder zie ik het gewone spul als de Vink, Huismus en Wilde Eend. De volgende dag rijden we langs de westkust weer naar beneden en komen we langs het Waipoua Forest Park, waar de grootste kauri boom,de Tane Mahuta van Nieuw- Zeeland staat. Deze boom heeft een hoogte van 51m en een omvang van 14m. Daarna reizen we verder richting het centrale gedeelte van het Noorder Eiland,met de thermische bezienswaardigheden bij Rotorua zoals:geisers,modderpoelen en silica-terrassen.

Uitzicht vanaf Cape Kidnappers en een blik in het Waipoua Forest Park   foto: Ronald Kamphuis

Tevens bezoeken we Lake Taupo en Tongariro National Park , dat uit drie actieve vulkanen bestaat. Door het mindere weer en laaghangende bewolking was er helaas niet veel van te zien. Na dit natuurgeweld rijden we richting Napier, de art-deco stad bij Hawke’s Bay. Zo’n 30km onder Napier ligt Cape Kidnappers waar we een kolonie van zo’n 15.000 Jan-van-Genten bezoeken. Dit is de grootste en best toegankelijke kolonie op de wereld. Bij Gannet Safaris hebben we een excursie geboekt, waar we met een 4wd bus naar de kolonie reden . Na een ruige rit van zo’n uur langs de kust sta je oog in oog met duizenden Jan-van-Genten en dat op een afstand van twee meter!  Het bezoek duurde niet langer dan een half uur, vanwege de verstoring tijdens het paringsseizoen (november) Na dit hoogtepunt reden we verder naar het zuiden (Wellington) voor de overtocht naar het Zuider Eiland. Bij Lower Hutt aan het strand nog even gekeken en daar het volgende gezien: Zwarte Scholekster, mantelmeeuw en Roodsnavelmeeuw.

De Jan-van-Genten kolonie bij Cape Kidnappers    foto: Ronald Kamphuis

Zuider Eiland

In Wellington nemen we de ferry over de Cook Strait naar Picton. De oversteek verliep vrij rustig, aangezien het ook kan spoken tijdens deze oversteek. Na aankomst in Picton zijn we richting Kaikoura aan de oostkust gereden om daar de potvissen te spotten/fotograferen, die daar voor de kust op pijlinktvissen jagen. Er was nu nog goed weer voorspeld,dus zijn we gelijk maar die kant op gereden. Na een schitterende route langs de kust bereikten we Kaikoura, waar we gelijk een walvisexcursie boekten. We hadden geluk want we waren de laatste die nog mee konden die dag, want vanwege de opkomende mist werden de andere excursies gecancelled. De excursie was zeer de moeite waard. We hebben diverse potvissen gezien en als ze gaan duiken is dat vooral een mooi gezicht,omdat dan de reusachtige staartvin uit het water steekt. Tevens zagen we diverse zeevogels zoals: Wenkbrauwalbatros, stormvogels, meeuwen en sterns.

De Wenkbrauwalbatros    foto: Ronald Kamphuis

Na dit spektakel zijn we weer terug gereden naar het noorden richting de Marlborough Sounds. De Marlborough Sounds bestaan uit een groot aantal baaien,zeearmen en verborgen inhammen met mooie strandjes. De beste manieren om het te verkennen zijn per kajak,mountainbike of te voet. Wij reden de zeer fraaie Queen Charlotte Drive,een smalle en bochtige weg met diverse fraaie uitzichtpunten op de Marlborough Sounds. Verder naar het noorden rijdend kom je bij het volgende hoogtepunt,het Abel Tasman National Park. Het park is met 225km2 het kleinste van Nieuw-Zeeland en heeft een mild klimaat, goudgele stranden en zandige riviermondingen omringd door bos.

Een uitzicht in het Abel Tasman National Park    foto: Ronald Kamphuis

Het park is alleen te voet of met kayak bereikbaar. Wij liepen een stuk van de Coast Track en lieten ons vervoeren door watertaxi’s. In dit park natuurlijk ook veel watervogels gespot zoals:  Gevlekte Aalscholver, mantelmeeuw, Roodsnavelmeeuwen, IJsvogel, Meerkoet en Scholekster. Bij de camping zie ik nog een tweetal Takahe’s fourageren en een Weka , die ik tevens ook kon fotograferen.

Een Gevlekte Aalscholver en een Weka    foto: Ronald Kamphuis

Verder rijdend naar het zuiden langs de westkust valt het op dat het landschap steeds ruiger begint te worden. Onderweg door het Paparoa National Park komen we langs de Pancake Rocks,een formatie gelaagde stenen die door het geweld van de zee gevormd is tot een ogende stapel pannenkoeken. Op deze rotsformatie zien we een kolonie sterns. Weer verder zuidwaarts rijdend kom je langs een rivierdelta bij het plaatsje Okarito. Bij deze kustmoerassen broedt de witwangreiger in september-oktober Dit reservaat hebben we niet bezocht vanwege het (strakke) reisschema. In de verte tekenen de Nieuw-Zeelandse Alpen zich af tegen de horizon. Het landschap wordt hier dan ook steeds mooier. Vanaf het strand loop je zo een regenwoud in met inheemse varens en andere endemische planten. Aangekomen in het Westland National Park met de bekende Fox Glacier en Franz Josef Glacier begint het weer ook steeds slechter te worden. De bedoeling was een van de gletsjers te bezoeken,maar door de regen viel alles letterlijk in het water. Geen wonder ook,want doordat het aan de westkant van de Alpen ligt regent het hier vaak. Er valt gemiddeld hier zo’n 700 cm regen per jaar! (ter vergelijking: het gemiddelde voor Nederland is 75 cm per jaar)  We zijn dan ook maar doorgereden tot dat het weer droog werd. Onderweg kom je nog wel langs een prachtig natuurgebied bij Ship Creek. Een regenwoud met daarin moerassen met een wildgroei aan inheemse planten.

Het regenwoud van Ship Creek   foto: Ronald Kamphuis

Ondanks de regen toch wel wat foto’s kunnen maken. Na de Haast-pas te zijn overgestoken werd het droog,omdat je dan weer aan de goede kant van de Alpen zat. In Queenstown hebben we een beetje sightseeing en relaxen gedaan voor de afwisseling. Queenstown wordt ook wel de avonturen/buitensporthoofdstad van Nieuw-Zeeland genoemd. Je kunt hier mountainbiken, wildwatervaren, bungee-jumpen, skydiven en wandelen. Queenstown ligt dan ook zeer schilderachtig aan de noordoostkust van Lake wakatipu, met de Remarkables op de achtergrond. Na twee dagen hier gezeten te hebben rijden we verder naar het hoogtepunt van deze rondreis, het Fiordland National Park. Dit is met zijn 21.000km2 het grootste natuurpark in Nieuw-Zeeland. Vanwege de speciale geologie,landschap,flora en fauna is het uitgeroepen tot werelderfgoedgebied van zuidwestelijk Nieuw-Zeeland.

Mitre Peak en de Stirling Falls in de Milford Sound    foto: Ronald Kamphuis

 Het bestaat uit bossen en water,fjorden en meren ontstaan door gletsjers in de ijstijd. Het landschap is dan ook spectaculair,met 2750m hoge bergen, rotswanden die 1200m loodrecht uit diepe fjorden oprijzen en watervallen die 160m naar beneden vallen. Aangekomen bij Te Anau dat aan de oever ligt van Lake Te Anau boeken we eerst een camping en gaan wat eten. Te Anau is het startpunt om Fiordland te verkennen. Vanaf hier loopt ook de 121km (doodlopende) lange weg naar de Milford Sound ,de bekendste attractie van Fiordland die we de volgende dag gaan bezoeken.Na een goede nachtrust vroeg op voor ” de mooiste autoweg van de wereld”  . De weg begint door een gevarieerd landschap van ruige bergen,bergrivieren met watervallen en welige bossen. De Milford Sound moet over de weg in drie uur te bereiken zijn,maar door de vele fotostops en prachtige vergezichten duurt het wel wat langer.Het landschap waar je doorheen rijdt komt zo uit de film van Lord of The Rings! Na een km of 60 bereiken we de Homer Tunnel waar we weer een korte stop maken. Hier ontmoeten we voor het eerst ook de locals, de Kea’s Dit is een inheemse alpinepapegaai die beroemd zijn om hun speelsheid en intelligentie. Ook zijn ze verzot op vandalisme,want ze proberen je de rubbers van de autoruiten en ruitenwissers te slopen.

Een Kea en een Pukeko   foto: Ronald Kamphuis

Na de Homer Tunnel gaat de weg zeer steil naar beneden met een spectaculair uitzicht over de Cleddau Valley. Wat een landschap,het lijkt wel het einde van de wereld! Aangekomen in Milford Sound gaan we eerst naar de (enige) camping voor een plaatsje en om de batterijen van de camera’s op te laden, want na tienen wordt het aggregaat uitgeschakeld. De volgende dag maken we een boottocht door de Milford Sound.Vanaf het water komt de grootsheid het beste tot zijn recht. Met de boot vaar je dicht langs de watervallen Bowen Falls en Stirling Falls van 160m hoog. Onderweg zien we pelsrobben en met geluk zien we de Fiordlandkuifpinquin. Na deze boottocht rijden we weer via The Milford Road weer terug naar Te Anau,wat geen straf is natuurlijk. Na dit natuurgeweld rijden we richting Dunedin dat aan de zuidoostkust van het Zuider Eiland ligt. Hier ligt het Otago Peninsula schiereiland waar we een paar bijzondere vogels gaan ontmoeten. Bij Taiaroa Head bezoeken we het Royal Albatross Centre, waar de enige kolonie Koningsalbatrossen op het vaste land ter wereld leeft. De vogels kunnen een spanwijdte bereiken van 3m. Het is een geweldig gezicht om deze reuzen door de lucht te zien zweven.

De Koningsalbatros   foto: Ronald Kamphuis

Bij Monarch Wildlife Cruises boeken we een boottocht die ons langs Taiaroa Head voerd en een stukje naar open zee. Met de boot varen we langs kolonies Gevlekte Aalscholvers, Bonte Aalscholvers, Lepelaars en diverse soorten meeuwen. Op zee zien we stormvogels, meeuwen, Wenkbrauwalbatros en Koningsalbatros. Door de vele zeevogels die je in een korte tijd ziet en onder moeilijke omstandigheden (schommelende boot) is het moeilijk om met een kijker de vogels precies te benoemen. Een van de zeldzaamste pinguïns ter wereld is de Geeloogpinguïn. Deze pinguïns komen alleen voor op het Otago Peninsula en op enkele andere plaatsen aan de oostkust van Otago. Bij Penguin Place bezoeken we de zeldzame Geeloogpinguïns die we kunnen waarnemen vanuit een gecamoufleerd greppelsysteem, dat door vrijwilligers wordt onderhouden en is aangelegd. Met veel geluk kan ik een exemplaar fotograferen omdat ze alleen actief zijn in de schemering. De volgende dag rijden we richting Christchurch waar we het vliegtuig pakken voor de terugreis naar Nederland. Onderweg komen we langs Oamaru waar een andere bijzondere pinguïn te zien is,namelijk de Dwergpinguïn (ook wel Blauwe Pinguïn genoemd).

De Geeloogpinguïn en de Dwergpinguïn    foto: Ronald Kamphuis

De kleinste van alle pinguïns kan men hier vanaf een speciale observeerplek (met tribune) aan land zien gaan als de avond valt. Dit is een prachtig schouwspel,vooral wanneer ze zich door de golven aan land laten afzetten. Vaak worden ze dan door de golven weer terug in de zee geworpen. Vlak bij Christchurch ligt in een baai het aantrekkelijke plaatsje Akaroa. Het plaatsje heeft veel historische gebouwen en een schilderachtige haven. Vanuit deze haven hebben we een excursie geboekt om met de kleine Hector-dolfijnen te zwemmen. Ook dit is een geweldige ervaring om mee te maken. De volgende en tevens laatste dag gaan we naar Christchurch om ons vliegtuig naar Nederland te pakken. Hiermee is dan een eind gekomen aan deze zeer geslaagde rondreis door Nieuw-Zeeland

Ronald Kamphuis

Vogelwerkgroep Losser

 

 

Een prachtige opname van een Roodsnavelmeeuw    foto: Ronald Kamphuis